Zondagmiddag vijf uur, de waardin tapt haar biertjes. Wat krukken nog koud, maar de atmosfeer warm. Ik kijk omhoog. Geschiedenis hangt te pronken aan het plafond. Posters, keyboard, herinneringen, alles vergeeld, maar niet vergeten. Apparatuur wordt aangesloten, gitaren gestemd. Whiskey en een peuk strelen de stem om later voor de microfoon te laten zien wat er in huis is. Langzaam komt alles op gang om te doen waar het stadscafé goed in is. Samen muziek maken.
Waar er vaak narigheid heerst in horeca, is het op deze plek alleen maar gezellig. In een vorig leven kwam ik er heel soms, lang geleden. Nu hebben we deze ene zondag in de maand vastgepind in onze agenda. Toen mijn dochtertje van tien een keer mee ging, was het duidelijk voor haar wat ze ging doen met de rest van haar leven. Geen dierenarts of juf, maar ervoor zorgen dat zij haar plekje kan gaan confisqueren, daar bij de rest. Vingervlugge vingertjes die meespelen, met Highway to Hell en Hotel California.
Jaloers zit ik op mijn kruk. Het enige muzikale wat ik heb, zit in mijn voet, die een beetje onzeker meedeint op de muziek. Tekst, ik kan nog geen drie zinnen onthouden. Gelukkig hoort niemand mijn gemurmel door het volume wat de tent vult. De drummer 'Animal' gaat tekeer en mijn gehoor geeft het op. Janis Joplin, Anouk, John Mayer, Amy Winehouse komen voorbij. Van Hillbilly tot Rock, het is maar wie er komt spelen. Black and Blond, de Duo Penotti van de muziek zijn natuurlijk ook aanwezig, inmiddels onderdeel van het meubilair. De muzikale kant van mijn familie.
Dit monumentale pandje in Dordrecht doet zijn naam eer aan. Een stadsherberg was vroeger een plek waar reizigers onderdak vonden, wannneer ze ´s avonds de stad niet meer in konden omdat de stadspoort gesloten was. Waar de herbergier allerlei pluimage welkom heette, het bier koud stond en hun thuis liet voelen. Maar het is een goede herbergier, wanneer de klanten terug willen komen en zo blijkt dus dat dit muzikale intermezzo op zondagmiddag reizigers uit den vreemde samenbrengt en oude tijden doet herleven.
© Annemarie Markesteijn