Elf november is een speciale dag. De dag dat Tiggy jarig is. Inmiddels is ze zeventien jaar. Ik heb haar nog nooit gesproken, nog nooit ontmoet. Toch denk ik altijd even aan haar op deze dag. Zij niet aan mij. Ze kent me niet, alleen van naam, niet beseffend wat voor een impact zij op mijn leven heeft gehad.
Vierentwintig jaar geleden kreeg ik er een vriend bij. En wat voor eentje. Een Englishman in Dordrecht. Een knul die na een bezoek aan de English pub ‘The Boozer’ in de rivier sprong bij het Groothoofd. Hij had het warm. Het was december. Een bengel die soms vrouwen ondergoed droeg en hansopjes, maar dan wel designer. Een schavuit die in zijn blote kont rondreed op mijn fiets, gewoon omdat hij dat al eens had willen doen. Hij als bonus zijn witte kadetten tegen de ruit van het café drukte voor het enthousiaste publiek. Een fantast die op het terras vertelde dat wij uit IJsland kwamen en een miljoen gewonnen hadden. En om iedereen te overtuigen, gaf hij het hele terras een rondje, gewoon omdat hij genoot van de aandacht. Een perverseling die in zijn blote willy rond liep in een overvolle kroeg, urenlang en niemand had het door. Een entertainer met een gouden stem die een saai bedrijfsfeest liet knallen. Dit alles was Nigel, Nigel Wood.
Ach, vele dachten dat ik het met twee mannen hield. Hij woonde bij ons voor maanden. Lachen, gieren, brullen, maar ook zat irritaties. Hapjes uit mijn bonk kaas. De WC urenlang bezet houden. En hij was altijd aanwezig. Druk, stout, levendig, ondeugend en lief. Een dierbaar blok aan mijn been. Wat had hij een liefde in zich. Voor zijn familie, zijn vrienden, collega’s, voor de wereld, voor het leven. Alles eruit halen wat er in zat. Niet dromen, maar doen. Genieten thuis in Lancaster, in Dordrecht, op het werk, overal.
Na een tijdje bracht het werk hem weer thuis en vond daar de liefde van zijn leven. Een telefoontje, ik nam op. Verdriet, niet de vrolijke Nigel. Zijn broer was vermist. Even later weer telefoon. Gevonden aan een boom. De kwajongen was weg, de man was daar, gebroken. But life did go on. Kleine Tiggy maakte zijn verdriet minder. Toch bleef zijn hart bloeden. Hij hield zo van zijn broer. Het was de onmacht, het niet begrijpen.
Een tijdje geleden vond ik een kaart van hem van lang geleden. Op de achterkant van de blote dame stond geschreven dat hij en zijn broer waren overvallen op vakantie. In de val gelopen door een mooie vrouw. Avonturen, lekker eten, ze hadden de tijd van hun leven. Aan het eind stond in kleine letters. I miss you guys! Ik wou dat ik hem nu kon zeggen, dat ik hem ook mis. Helaas kan dat al heel lang niet meer.
Ik heb vele jaren een cadeautje voor haar verjaardag gestuurd naar Lancaster. Als verrassing vanuit Nederland. Tiggy stuurde soms een kaartje terug. Dolblij met het presentje. Voor mijn gevoel zo fijn, dat ik iets kon doen. Meer uit zijn naam. Ze was nog zo klein toen het gebeurde. Zij heeft deze unieke knul en super daddy nooit mogen leren kennen. Alleen de verhalen mogen horen. Door olie op de weg werd hij met zijn broer verenigd. Baby en moeder zwaar gewond. Zomaar was hij weg, verdwenen, onvoorstelbaar.
Esmay heeft haar gevonden op facebook. Wat lijkt ze op haar vader. Niet alleen uiterlijk, maar ook innerlijk. Creatief, de wereld bekijkend vanachter haar camera, de mooie dingen zien in het leven. Een liefdevolle familie met haar ‘vader’, moeder en zusje. Ze vond het zo leuk iets te horen van mijn dochter. Later een berichtje dat ze het fantastisch vond dat ze vroeger pakketjes kreeg uit Nederland, van vrienden van haar vader.
Wat moet ik hier verder nog aan toevoegen, er is geen goede slotzin voor dit verhaal. Alleen gemis, het gemis van een bijzonder mens, die de wereld een beetje mooier kleurde.